Uit het hart gegrepen
Uit het hart gegrepen
De goede Helper Het is Pinksterweekend en ik lees uit ‘De goede Helper’. Een boek geschreven voor jong, maar ook geschikt en leerzaam voor oud, waarin ‘Hans de Helper’ centraal staat. Hans helpt bij van alles. Hans is kalm, kent geen paniek en weet precies wat hij doet. Hij houdt van iedereen in Avonturenstad. Hij is er om hen te helpen. Hij geeft moed en goede ideeën, moedigt aan om het goede te doen en ook om je geen zorgen te maken. Spoort hen aan te vertellen wat hen dwarszit. Ook helpt hij je om ‘nee’ te zeggen tegen dingen die niet goed voor je zijn. Als Hans de Helper erbij is, lijken probleempjes ineens minder groot. Hij weet precies wat je nodig hebt. Hans wordt hun beste vriend. En u raadt misschien al wie Hans vertegenwoordigt: De enige echte Helper, de Heilige Geest. Boven het eerste hoofdstuk staat: “En Ik zal aan de Vader om een andere Helper voor jullie vragen. Hij zal eeuwig bij jullie blijven” Johannes 14:16. Terwijl ik deze Bijbeltekst zo opschrijf springt één woord er voor mij uit: ‘eeuwig’. Ik ben dus nooit alleen en heb altijd iemand bij me die me wil helpen. Altijd! De vraag is of ik daar wel zo vaak (bewust) gebruik van maak. Misschien herkent u zichzelf hier wel in: “hulp geven kan ik prima, hulp vragen vind ik lastiger”. Of: “bidden voor een ander doe ik wel, maar bidden voor mezelf? Nee…” Alsof er een waardeoordeel aan vast zit. Hulp geven is iets goeds, hulp vragen is … slecht, zwak? Wellicht interessant om deze overtuiging eens tegen het licht te houden. Er is Iemand die u heel graag zou willen helpen. Hij heeft veel weg van Hans en is er altijd! De vraag is: wat staat er nog in de weg om Zijn hulp aan te nemen? Hartelijke groet, | Rianne van Duijn (Boekentip: De goede Helper, door Sanne Lingstuyl en Anne-Brechtje van de Geest) | ||
terug | ||